In januari kondigde president Puigdemont in het Catalaanse parlement het voornemen aan om een volwaardig ministerie van Buitenlandse Zaken uit te bouwen, dat de belangen van de toekomstige republiek in Europa en de wereld zal verdedigen. De centrale regering in Madrid besliste daar anders over en stapte prompt naar het Grondwettelijk Hof, dat de werking van het ministerie voor vijf maanden schorste.
Politiek in de rechtbank
Kamerlid Peter Luykx, die vorige week nog als eerste buitenlandse delegatie ontvangen werd door minister Romeva, vindt de beslissing onbegrijpelijk. “Madrid weigert andermaal de politieke dialoog met Barcelona aan te gaan.” Over de schorsing is hij formeel: “Er is geen Spaanse wet die de oprichting van het ministerie verbiedt. En los van de onafhankelijkheidskwestie is het in de 21ste eeuw ondenkbaar dat een regio niet haar eigen belangen in het buitenland mag verdedigen.”
Europarlementslid Mark Demesmaeker treedt Luykx bij. "In een sfeer van confrontatie en wantrouwen, waar dialoog en respect niet meer mogelijk lijken, neemt een rechtbank politieke beslissingen. Het is een aanfluiting voor de Spaanse politiek, die blijkbaar niet in staat is om politieke problemen op een politieke manier op te lossen.”